Ik was bezig om deze notitie van VanderVeken te ontcijferen. Wat mij intrigeerde was de opmerking die was doorgestreept.
Belanghebbende hebben mij gevraagd was doorgestreept en daarvoor in de plaats kwam Belangstellende.
Het lijkt me vreemd dat belangstellenden dit vragen.
Belanghebbenden - ja, daar kan ik me iets bij voorstellen. Een ondertekening zodat je kan zien dat het de kopie van VanderVeken betreft en niet per ongeluk het origineel. Belanghebbenden willen dat onderscheid kunnen maken, voor belangstellenden maakt dat weinig uit.
Hoe denken anderen hierover?
En waarom noemt hij zijn kopie een tooverplank? Geschreven met een andere pen...
Volgens mij bedoelde Vanderveken met "tooverplank" iets wat het Bisdom Gent (Kanunnik Vanden Gheyn) zeker zou denken dat het was. iets dat er eerst niet op te zien was en nadien wel. Even verduidelijken wat ik bedoel; Vanderveken was in 1939 aan zijn paneel begonnen, hij zal het zeker (toen het af was) laten zien hebben aan de (belanghebbende?) van Bisdom Gent in de hoop dat men zijn werk zouden kopen. Men ging daar niet op in. In 1945 laat Vanderveken zijn kopie zien aan Duitser Oberleutnant Henry Koehn. Op 6 september 1945 werden Gent, Luik en Ieper bevrijd, Dus Herr Koehn zal wel niet meer in de buurt zijn geweest, en op 5 september 1945 schrijft Kanunnik Vanden Gheyn aan Vanderveken een brief met de vraag of zijn kopie in de lege plaats mag komen -- plots zijn de belanghebbende belangstellend geworden. En het is in oktober 1945 dat Vanderveken het versje erin brand. En volgens mij heeft hij rond die periode een aanpassing gemaakt met het gezicht van één der rechters (zie bijlage B van het werkje Eddy De Witte blz3) en als het bisdom Gent dan zijn paneel zouden zien met de gezichtsverandering zouden ze denken dat er tovenarij in het spel is. Wat ik opmerkelijk vindt is dat hij zijn versje niet schilderde, maar inbrandde (met soldeerbout?). Was hij bang dat men het versje anders zouden doen verdwijnen? Wat best kon gebeuren indien het versje zou verwijzen naar hun meningsverschil i.v.m. de Koning Leopold III. Dus eenmaal het was in gebrand zou het verwijderen moeilijker gaan. Wat uiteindelijk toch gebeurde (mogelijk bij een restauratie) op last van professor P. Coremans in 1950. Het werd overschilderd met zwarte verf.
Dank je!
Het stukje uit het boek van Maria had jij inderdaad ook opgemerkt in jouw werk!
Ik geloof dat ik het nog niet elders ben tegengekomen, terwijl het briefje daar toch prominent op die tentoonstelling ter inzage lag.
Maar ook wat ik eerder zei over belanghebbende en belangstellenden... een groot verschil!